woensdag 1 april 2009

De vakgroep (3/7) - de "tenure tracker"

Opzij, opzij, opzij,
maak plaats, maak plaats, maak plaats,
wij hebben ongelofelijke haast.
Opzij, opzij, opzij,
want wij zijn haast te laat,
wij hebben maar een paar minuten tijd.

We moeten rennen, springen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan.
We kunnen nu niet langer, we kunnen nu niet langer blijven staan.
–Herman van Veen

Ik heb in mijn leven Londense yuppen gezien, overklokte middelbare-school-docenten ontmoet, maar van alle gestresste banen die Herman van Veen zou kunnen bedoelen is volgens mij de meest gestresste die van de "tenure tracker". En waarom dat zo is, wordt misschien duidelijk als ik uitleg wat een "tenure tracker" is.

Een "tenure tracker" (die ik voortaan voor het gemak 'tenuretracker' noem) is een soort kruising tussen vast wetenschappelijk personeel en tijdelijk wetenschappelijk personeel, het is een universitair docent zonder vaste aanstelling. Het idee is dat een jonge wetenschapper een jaar of zes de tijd krijgt om te bewijzen dat hij of zij een vakgroep kan leiden. Als hij of zij dat kan, komt er na die zes jaar een vaste aanstelling, anders wordt 'ie ontslagen.

In theorie klinkt een tenure track fantastisch - voor de universiteit dan. Want het is inderdaad goed dat je kunt zien of iemand het goed doet in een professor-achtige baan, dat geeft een veel grotere zekerheid dat iemand een goede professor wordt dan als een pure onderzoeker permanent wordt aangenomen.

Maar zoals je je kunt voorstellen ziet de tenuretracker zelf de situatie iets anders. Er is een kans dat hij of zij het haalt - maar ook een flinke kans dat de tenuretracker na zes jaar wordt uitgewuifd, òf omdat hij/zij onderpresteert òf omdat het budget ineens ontoereikend blijkt voor verlenging. En dan moet de ex-tenuretracker ergens halverwege/eind dertig proberen een baan in het bedrijfsleven te vinden. Te oud voor een starterspositie, en te gespecialiseerd/academisch voor een managementpositie. En dan moet je nog aan potentiële werkgevers uitleggen waarom je niet goed genoeg was voor de universiteit, en als je zo geïnteresseerd was in het bedrijfsleven, waarom je dan niet zes jaar geleden hebt gesolliciteerd...

Zulke onzekerheid is niet goed voor de jonge wetenschappers - stress sloopt zowel het lichaam als hun geestelijke capaciteiten. Bovendien is het ook de vraag of het wel zo goed is voor de wetenschap zelf: critici stellen dat de meeste tenuretrackers zich zó focusen op het veilig stellen van een vaste positie, dat ze het niet aandurven om creatief of vernieuwend onderzoek te doen, omdat dat een grotere kans op mislukken heeft of te worden afgekeurd voor publicatie door andere wetenschappers. In het ergste geval produceert het tenure-track-systeem simpelweg slaafse tweederangs klonen van de beoordelende professoren.

Bovendien... zoals een Amerikaanse hoogleraar die nu in Zürich werkt me eens vertelde: "Als je in Amerika academisch hogerop wilt komen, heb je tien jaar lang geen sociaal leven. Maar dan zit iedereen wel op de juiste plaats." Ofwel: na tien jaar van 'niet leven' heb je het gemaakt. Of niet. Willen we dat echt hier ook hebben? In het ergste geval is tenure track gewoon wetenschapper-mishandeling.

Zolang er veel meer ambitieuze jonge wetenschappers zijn dan de universiteiten geld hebben voor vast personeel zullen tenure-track-achtige posities wel blijven bestaan. Maar dat wil niet zeggen dat de tenuretrackers helemaal hulpeloos zijn. Hoewel het voor de hand liggend is zich totaal te richten op die vaste baan bij de eigen universiteit is het waarschijnlijk veel beter hun carrière in breder perspectief te zien, en net als de listigste professoren en popsterren hun opties open te houden. Promoot je eigen onderzoek op congressen, maak veel contacten met de top-100 wetenschappers in je vakgebied, ga samenwerkingsverbanden aan... zorg ervoor dat je ruim voor het eind van je contract al een zo sterk netwerk hebt opgebouwd, dat je of bij een andere universiteit of een bedrijf zó terecht kan. Dat heeft twee voordelen: allereerst hoef je dan minder te stressen over je toekomst. En ten tweede kan het best wel zijn dat je iets veel beters tegenkomt.

Want wat zou mooier zijn dan als de raad van superviserende hoogleraren je bezorgd toespreekt bij de vijf-jaar evaluatie... te antwoorden dat jij zeker benieuwd bent naar hun mening, en dat je hun aanbod graag spoedig wil horen, zodat je het kan vergelijken met het professoraat dat je zojuist door Cambridge aangeboden is. Laat een collega snel een foto maken van de gezichten van de commissie, dan heb je een leuk souvenir. Want al ben je als tenure-tracker misschien de meest overwerkte van alle haasters, dan nog mag je niet vergeten dat niet alleen JIJ op proef bent, maar de universiteit dat ook is. Zo'n droommoment is misschien het enige mooie ogenblik in een tenure track. Maar het zou zeker al het zwoegen en netwerken waard zijn.

1 opmerking:

  1. Hoi Eric-Wubbo,

    Goed stukje. Het beschrijft mooi de stress waar deze jonge wetenschappers mee worden opgescheept. Ik denk dat je 1 ding vergeet bij je uitspraak : "zorg ervoor dat je ruim voor het eind van je contract al een zo sterk netwerk hebt opgebouwd, dat je of bij een andere universiteit of een bedrijf zó terecht kan.". Welke andere universiteit dan? In Nederland zijn alle universiteiten gelijk, je kunt niet terecht bij een net iets minder vooraanstaande universiteit (dat kan in Amerika wel). Verder valt er weinig toe te voegen aan "Te oud voor een starterspositie, en te gespecialiseerd/academisch voor een managementpositie."

    Groet,
    je oud-stagair,
    Daan

    BeantwoordenVerwijderen